Appelteelt- en wijnbouw in Schenna bij Meran

De gemeente Schenna strekt zich uit als een zonnig plateau boven Meran in het Zuid-Tiroolse Etschtal. De vele dagen zon en het milde, alpiene en mediterrane klimaat laten hier een ware overvloed aan fruit van hoge kwaliteit – peren, steenvruchten en vooral appels – rijpen. Het cultuurlandschap van Schenna is ook aantrekkelijk door uitstekende druivensoorten, die worden geperst tot wijnen van hoge kwaliteit. Hier, te midden van de steile hellingen en glooiende dalen, bewerken de wijnboeren van Schenna hun wijngaarden met passie, in een indrukwekkende mix van vaardigheid, tientallen jaren ervaring en echte toewijding.

Appelteelt in het Etschtal
Het Meraner bekken heeft dus een zeer gunstig klimaat. Dit geldt vooral voor de zuidwestelijk georiënteerde hellingen, die de meeste zon krijgen. Bovendien gedijen appels op hoogtes tot 800 m beter dan in het dal. Daarom zijn de zonovergoten gebieden op de heuvel van Schenna ideaal voor de teelt van smakelijke appelsoorten. Het BGA-keurmerk (beschermde geografische aanduiding) garandeert de hoge kwaliteit van de producten en de herkomst. Door de verschillende hoogtes duurt de bloei van de prachtige appelbloesem de hele maand april. De oogstperiode start dan ook begin september en eindigt pas half oktober.




Wijnbouw in Zuid-Tirol
De wijnbouw in het bovenste Etschtal heeft een geschiedenis die duizenden jaren teruggaat. Vondsten en documenten getuigen van het feit dat de Reto-Romanen hier al houten vaten vulden met wijn. In de middeleeuwen werd de wijn voornamelijk geleverd aan Beierse kloosters en bisdommen. Een paar eeuwen later, ten tijde van de Donaumonarchie, werd de wijnbouw gericht gestimuleerd. Druivensoorten zoals riesling, pinot blanc en pinot noir vonden hun weg naar het zuidelijke Alpengebied. Gold- en rosenmuskateller verschenen ook pas in de laatste paar eeuwen. De inheemse variëteiten vernatsch, lagrein en gewürztraminer zijn ouder. Vandaag de dag heeft het kleine wijnbouwgebied van Zuid-Tirol een hoge dichtheid aan topwijnen, die bovengemiddelde erkenning krijgen in internationale wijngidsen.

Vooral in de wijngaarden van Schenna, die in totaal slechts ongeveer 30 hectare beslaan, gaat kwaliteit boven kwantiteit. De zonovergoten wijngaarden, die zich uitstrekken langs de Mitterplattweg aan de westelijke rand van Schenna en de steile hellingen van de kerkheuvel sieren, zijn klein maar van opmerkelijke kwaliteit. De belangrijkste rode wijnsoort is vernatsch, waar sinds kort volle lagrein en pinot noir bij zijn gekomen. De witte wijnen worden gedomineerd door chardonnay, pinot blanc en sauvignon.

De waale, het levenselixer van de landbouw
Zoals op veel plaatsen in Meran en omgeving wordt ook in Schenna het water voor de irrigatie van de boom- en wijngaarden via een zogenaamde "waal" geleid. De aanleg van deze kunstmatige irrigatiekanalen van de berg naar het dal dateert uit de 13e eeuw. De waalweg loopt parallel aan de waal en tegenwoordig behoren deze smalle paden tot de populairste wandelroutes in Zuid-Tirol.



TIP
Het Rametz Wijnmuseum in Meran/Obermais onder Schenna onthult interessante feiten over de ontwikkeling en geschiedenis van de wijnbouw.